Na een korte stop in de vlucht voor een fotootje van een opgedroogd
pompstation dat heden ten dage zonder veel succes café probeert te zijn
rijden we verder om op volgend kruispunt te keren en naar huis te
rijden. In mijn spiegel zie ik twee types uit het café komen. Als we gekeerd zijn posteert een van die twee zich wijdbeens op straat om
ons zwaaiend als een gendarme te doen stoppen. Terwijl hij zich bij mijn raampje voorover buigt zie ik de
geel gebroken ogen en rood gemarmerde neus van een dronkaard. Klauwen met zwarte nagelranden klemmen zich aan mijn portelle
vast. Geen woord versta ik van zijn gebral en zijn houding was niet
bepaald sympathiek te noemen, bijna aggressief zelfs, het hele gedoe stond ons niks aan. Zoetjesaan liet ik de embrayage opkomen, eventjes nog strompelde hij brallend mee, dan liet hij los.
Adieu, bonhomme!
|
110721 - Meillant |